Niet onbevangen, maar wel goed onvoorbereid!

Wij zouden wat vaker alle artikels van één journalist moeten herlezen. Wij hebben dat net gedaan voor een onderzoek van Plasky Statistics, met de schrifturen van Ine Roox. Wij zullen die ervaring niet prettig noemen, maar leerzaam was ze wel.

Wat nog het beste meeviel, was het herlezen van haar televisiekritieken. Roox schreef er drie het afgelopen jaar, niet toevallig over drie programma’s waarin Vlamingen het Zwarte Continent aandoen, want sinds gisteren is wetenschappelijk bewezen dat Ine Roox dat zelf ook af en toe doet en dus wat men noemt ervaringsdeskundige is.

Lees meer »

Buitenlandverslaggeving volgens Tom Naegels

Om nog even door te drammen over dat mediadebat, deze exclusieve uitzending.

Op een bepaald ogenblik gaat het debat over buitenlandverslaggeving, en wat is het jammer dat het videoverslag die passage niet volledig toont. Tom Naegels, nog steeds ombudsman van De Standaard, wordt er in het defensief gedrongen en begaat onder die druk tamelijk spijtige uitspraken. Zoals:

Wij hebben een aantal eigen correpondenten, in het Midden-Oosten… Wij hebben een deskredacteur die Afrika volgt, maar die wel heel dikwijls naar Afrika gaat en waarvan je bijna kan zeggen: dat is een correspondente. Zij woont er niet, maar zij komt er zo dikwijls dat ze er een uitgebreid netwerk heeft, enzovoort. Voor Italië, dat is dezelfde, maar goed, dat is een persoonlijke interesse van haar dus zij volgt dat…

We zullen het hier niet hebben over die correspondent in het Midden-Oosten, die geen correspondent maar een freelancer is. Het betreft hier overigens de beroemde Jorn De Cock, over wiens vreemde freelancecapriolen wij al eerder berichtten.

Laten wij ons focussen op de deskredacteur die Afrika volgt, en ook Italië, en trouwens ook, maar dat zegt Naegels er niet bij, grote stukken van het Midden-Oosten. Dat is Ine Roox. Ha, Ine Roox…! Daar zouden wij verhalen over kunnen vertellen! Maar roddelen, daar doen wij niet aan. Wij beperken ons tot de feiten en de cijfers.

Is Ine Roox werkelijk zo goed als een correspondent ter plaatse? Dat is wat Naegels suggereert, en wij zijn dol op dergelijke suggesties, omdat ze zo makkelijk te weerleggen zijn met een beetje zoekwerk. En daarom hebben wij de freaks van Plasky Statistics nog eens uit hun kot gelaten.

Lees meer »

Een fletse stem in het mediadebat

Laat ons eerlijk zijn: in Vlaanderen bestaat geen intellectuele traditie. Dat is niet erg. Wij hebben andere, prettigere tradities. De schone duivensport, sitcoms in Antwerps verkavelingsvlaams, bolognaisesaus met wortel, selder en champignons — stuk voor stuk zijn ze genoegelijker dan bijvoorbeeld de lectuur van Tristes tropiques, een afschuwelijk en onleesbaar maar zeer intellectueel boek, geschreven door een man uit een land dat prat gaat op zijn intellectuele traditie.

Er is maar één nadeel aan ons manco aan intellectuele traditie: wie hier drie boeken gelezen heeft, wordt belezen gevonden. Vier boeken gelezen: intellectueel. Vier boeken gelezen en één geschreven: een tópintellectueel. Het geeft mensen als Bart De Wever een status waar zij in een ander land geen aanspraak op zouden kunnen maken, maar wellicht wil Bart De Wever toch nooit in een ander land wonen, en trouwens, waarom zouden wij het altijd over Bart De Wever hebben, die per slot van rekening een tamelijk vervelend personage is, ’t is toch waar zeker.

Neen, laat ons het eens over iemand anders hebben die de intellectuele status toegedicht krijgt: Tom Naegels. Schrijver, publicist, journalist en wie weet wat nog allemaal, maar vooral: ombudsman van De Standaard. In die hoedanigheid, maar ook in alle andere, is hij een belangrijke stem in het mediadebat. Aha!

En hij doet hard zijn best om de redelijke, gematigde stem te zijn. Wij zouden vóór zijn, als hij niet zo’n belabberde argumenten uit de kast haalde. Lees meer »

Het kortverhaal, korter

Mijn voorbereiding op de avond had bestaan uit een bezoek aan de kapper en de aanschaf van een flatterend jurkje in een modieuze boetiek. Eronder zwarte pumps met naaldhakken, zodat ik langer en slanker leek dan ik werkelijk was en die me tot langzaam, plechtig schrijden noopten. Het was de bedoeling dat mijn subtiele mondaine voorkomen zou contrasteren met de gedateerde outfits van de amateuractrices die tijdens de receptie ongetwijfeld en masse de aandacht zouden proberen trekken van de acteur.

Ik was ouder, en alhoewel moeder natuur genadig was geweest als het op mijn huid aankwam kon ik niet meer de jeugdige frisheid en bijhorende naïviteit van twintigers etaleren. Ik moest inzetten op mysterie, verfijning, dat ongrijpbare je-ne-sais-quoi uitstralen om die kwetterende, gewillige amateursletjes in skinny jeans en op ballerina’s de loef af te steken.

De avond zelf observeerde ik de jonge dames die hun meisjesheid nog niet helemaal van zich hadden afgeschud en die iets te gretig en nadrukkelijk het gezelschap van de acteur opzochten. Kalend, een beginnende bierbuik. Al moet ik toegeven dat hij in al die jaren nog niet veel had ingeboet aan aantrekkelijkheid. De meisjes droegen hun haren lang, hun tailles waren smal en hun buikjes strak. Alleen – en dat konden zij niet weten – had de acteur hun soort al veel te veel gezien.

Maar kon je dit soort huppelkontjes ooit teveel gezien hebben? Verdomd, nee, natuurlijk niet. Welke kalende man met beginnende bierbuik zegt neen een kudde lekkere diertjes die op hem afkomt als op een groene drenkplaats in het droge seizoen? Zeker hij niet, hij had altijd een leven met veel sex en drugs en rock ‘n’ roll geleid. Als glorie, hoe vergaan ook, hem in de nadagen van zijn hoogdagen nog eens jonge borsten en ranke tailles tussen de grijpgrage vingers kon opleveren, sloeg hij dat niet af. Integendeel, hij wreef zich in de ervaren handen om deze buitenkans tot mateloos bedvertier.

Zodoende ging ik, ongrijpbaar maar ontnuchterd, die avond alleen weer naar huis. Wellicht was dat ook het beste voor iedereen.

LINKS: